Recht op zweetvoeten?

De zweetvoetenman
  • De zweetvoetenman
  • Annet Huizing
  • Illustrator: Margot Westerman
  • Uitgever: Lemniscaat
  • Jaar: 2017
  • Aantal blz.: 247
  • 8,5

Recht en rechtregels saaie en taaie stof? Annet Huizing en Margot Westerman weten je in De zweetvoetenman van het tegendeel te overtuigen.

Wetenschappers die ingewikkelde stof smakelijk opdienen voor kinderen, het is een kunst. Midas Dekkers was in de jaren zeventig een van de eersten die dat beoefende. Een geslaagd voorbeeld van later datum is Kaas en de evolutietheorie van Bas Haring (2001, herdruk 2011). Ook schrijvers doen, vaak met hulp van wetenschappers, een duit in het zakje. Zoals het onvolprezen Het raadsel van alles wat leeft en de stinksokken van Jos Grootjes uit Driel (2013) van Jan Paul Schutten.
Stinksokken figureren ook in een nieuw non-fictieboek. In De zweetvoetenman nu eens geen bètaweetjes, maar uitleg over het recht. En recht en juridische taal mogen de naam hebben gortdroog te zijn, schrijfster Annet Huizing is er samen met illustrator Margot Westermann in geslaagd er een zeer aanstekelijk boek over te maken.

Net als Schutten lokt ze de lezer met grappige of intrigerende hoofdstuktitels, zoals ‘Wat als je per ongeluk de verkeerde vermoordt?’ en ‘Heb je het recht vergeten te worden?’ Met vele anekdotes, voorbeelden van uitspraken en een heldere uitleg behandelt ze soepeltjes alle hoeken en gaten van het recht. Ze put daarbij uit bekende casussen (Robert M. of het proces tegen Wilders), maar juist ook uit alledaagse zaken als een gesprongen waterleiding, het terugstelen van een gestolen fiets of de man die uit een bibliotheek werd geweerd vanwege zijn stinkvoeten – inderdaad, de zweetvoetenman. Zo wordt duidelijk dat ons dagelijks leven doordesemd is van recht en rechtspraak.
Dat wordt tot in de kleine lettertjes mooi uitgebuit. Meteen al in het colofon staat een pijltje bij het copyrightsymbool en in het voorwoord staat dat de lezer aan dit boek geen rechten kan ontlenen. Met de fraai vormgegeven uitklapschema’s midden in het boek zal ook menig rechtenstudent blij zijn: ze geven helder en overzichtelijk weer hoe bijvoorbeeld een wet wordt gemaakt en hoe het er in een rechtszaal aan toe gaat.

Het is niet alleen smakelijk lezen, maar Huizing weet bovendien goed voor het voetlicht te brengen dat zwart-wit denken en snelle oordelen haaks staan op rechtvaardigheid. Een zaak heeft altijd meer kanten en juristen moeten dingen zorgvuldig afwegen. Dat maakt dit boek bijzonder geschikt voor lessen maatschappijleer, filosofie of burgerschap. Lees of schotel je leerlingen een casus voor en vraag hen wie gelijk heeft of hoe zij het zouden oplossen. En graaf daarna samen dieper.

(Deze recensie verscheen eerder, in licht gewijzigde vorm, in Didactief, november 2017)