De geheime verlangens van poppen

De geheime verlangens van poppen
  • De poppen van Spelhorst
  • Kate DiCamillo
  • Illustrator: Julie Morstad
  • Vertaler: Harry Pallemans
  • Uitgever: Lannoo
  • Jaar: 2025
  • Aantal blz.: 151
  • 8,5

De koning, de wolf, de jongen, het meisje en de uil. Ze vormen de hoofdpersonages in het magische nieuwe boek van Kate DiCamillo: De poppen van Spelhorst.

Je zult maar een pop zijn. Dan hangt je blikveld af van de grillen van mensen die je toevallig beetpakken en weer achteloos neergooien. Je staart, zoals de wolf, een tijdlang noodgedwongen naar een blauw tapijt of zit als de uil tijdenlang tegen de binnenkant van een emmer aan te koekeloeren. Maar soms, als je geluk hebt, zie je de maan, de rivier of voel je de wind. Kate DiCamillo beschrijft het met humor, maar ook met een vleugje ernst. Want hebben we als mensen zoveel te zeggen over wat we meemaken?

Eerst hingen de vijf handpoppen – een koning, een jongen, een meisje, een wolf en een uil – naast elkaar in een speelgoedzaak. Totdat kapitein Spelhorst ze koopt – eigenlijk wil hij alleen het meisje, want haar violette ogen herinneren hem aan zijn eerste liefde. Maar hij moet de hele set kopen, ‘want ze zitten ze in een verhaal’. Dat verhaal krijgt de lezer uiteindelijk ook te horen, in de derde acte, maar niet nadat de poppen eerst zelf het nodige meemaken. Na een tijdje in de koffer van Spelhorst te hebben gezeten, belanden de poppen in een landhuis, als cadeau voor twee meisjes. Daarmee eindigt de eerste acte.

Vervolgens begint in de tweede acte de grote ontdekkingsreis. ‘Nu begint het (…) Nu ga ik mezelf worden.’ Dat denkt de wolf als een van de meisjes hem oppakt en meeneemt. Waar ze eerst als ledenpoppen vastzitten in een sjabloonkarakter - de wijze uil, de gevaarlijke wolf met scherpe tanden, de koning die bepaalt wat er gebeurt, het meisje dat mooi is en de jongen die droomt van grootse daden – maakt ieder van hen een groei door. Ze ontdekken dat de wereld én zijzelf groter en veelkleuriger zijn dan ze dachten.

Hun geheime verlangens komen tot leven. Zo waagt de koning die zo van zingen houdt (‘Als ik mijn koninkrijk heb, zullen er de hele tijd liedjes worden gezongen’ - zich uiteindelijk zelf aan een lied. ‘Kon zoiets wel? Een zingende koning?’ En de uil die de ene lege wijsheid na de andere debiteert, vangt opeens een glimp van de vrijheid op als de wind door zijn veren waait. ‘Zijn hart was zo vol dat hij sprakeloos was.’ Poëtisch is ook de scène waarin het meisje voor het eerst de maan ziet.  
Maar ook de mensen doen mee. Zo koestert de meid, Jane Twiddum, al van jongs af aan het verlangen om de wijde wereld in te trekken. Ze maakt de meisjespop daar deelgenoot van. En de laatste prent van illustrator Julie Morstad laat zien dat ze haar droom durft waar te maken, dankzij én met de poppen.

De poppen van Spelhorst
is het eerste deel in een serie die de Norendy Tales heet ('verhalen uit Norendië'). Het is een subtiel en poëtisch geschreven verhaal, vol magie en vol filosofische levenslessen. ‘Er was eens’ vormt het begin van het verhaal en van de poppenkastvoorstelling van de twee meisjes met de poppen. Want met 'er was eens' kun je dromen en geloven in verhalen. Zoals de jongen na de voorstelling zegt: 'Dat moet de zin ervan zijn, het doel. Er moeten eindeloos verhalen in ons zitten.'